Mystery Burger test raadsdebat

Gemeenten proberen met wat technische foefjes de zaak op te peppen, zegt De Kluis. Zo heeft Amsterdam microfoons in de raadzaal gezet, maar de lokale politici zullen volgens hem pas echt presteren door een helder, spannend debat.

Die spelleider, de voorzitter van de raad, is namelijk ook de portefeuillehouder. Na zijn toelichting op de stand van zaken, stelt Jolanda Schneider (CDA) hem een eenvoudige vraag: ‘hoe is het met de communicatie met burgers?’ ‘Hoe bedoelt u?’ reageert burgermeester Augusteijn al voorzichtig. ‘Ik bedoel in de volle breedte,’ voegt Schneider toe. ‘Het is oorverdovend stil op dit punt.’

Augusteijn antwoordt enigszins verontwaardigd. ‘We hebben intensief met burgers gesprekken gevoerd,’ vindt de burgemeester, ‘we zitten er midden in.’ Dat schiet vooral Jan van Hoek (Dorp Vinkel) in het verkeerde keelgat. ‘Waar zijn de stukken dan?!’ roept hij in de microfoon, ‘niemand weet iets.’ Augusteijn wordt monotoon. ‘Misschien moeten we meer doen.’ Het sust Van Hoek niet. ‘De raad heeft er vijf keer in 15 maanden op aangedrongen en er is niks.’ Burgemeester Augusteijn reageert, maar feitelijk met niet anders dan ‘nietus’. ‘Wellus,’ zegt Van Hoek weer.

Enfin.

De rest van de raad ziet het schouwspel maar aan. Een gezamenlijk debat over of de communicatie voor de inwoners van Maasdonk goed verloopt, is het niet meer. Zelfs de oorspronkelijke vragensteller Jolanda Schneider doet niet meer mee. Het is het ongelijk tussen Augusteijn en Van Hoek die, zoals wel meer bij discussies, zonder oplossing of uitspraak maar mét wederzijdse onvrede wordt afgesloten.

Daarom is de onafhankelijk voorzitter zo belangrijk. Door het gesprek via hem te laten verlopen, dwingen de raadsleden zich niet tot één maar tot allen te richten. En zonder voorzitter zoals feitelijk woensdag in Maasdonk, verwordt het debat met allen al snel een discussie met twee.

Deze Mystery Burger is niet eerder gepubliceerd.

De raad wordt verwend met deze politieke participatie. Hij krijgt argumenten op een zilveren schaaltje aangereikt. Het zijn niet alleen maar tegenwerpingen, maar ook voorwaardelijke argumenten: Alléén als de oude gebouwen blijven staan ben ik voor, stelt vereniging Oud Deventer. Alléén als de binnenruimte centraal kan worden afgesloten zijn we voor, stelt de ondernemersvereniging. Let op de financiële risico’s! Communiceer op tijd!

De raadsleden vergaderen echter onberoerd verder. Ze zijn namelijk gekomen voor de aansluitende informatieve raadsvergadering en ze zullen ‘m houden ook. Eén voor één vragen ze over parkeren, veiligheid en warmtewisselaars. Wethouder Marieke de Jager (Deventer Belang) antwoordt alsof ze haar scriptie komt verdedigen. Wanneer het al over punten van de insprekers gaat, wuift ze de vragen geërgerd van zich af. ‘Wat vindt u van de volkspeiling?’ vraagt SP’er Erik van den Brink. ‘Dat is een politieke vraag, die hoef ik bij de informatieve raad niet te beantwoorden’, antwoordt de wethouder. ‘Wat zijn de dubbele lasten?’ wil Carlo Verhaar (GroenLinks) weten? De Jager: ‘Dat is te technisch. U krijgt schriftelijk antwoord.’

De verwarde publieke tribune ziet elk spannend moment wegglijden. ‘Hier zijn we niet voor gekomen! We zijn tegen de nieuwbouw! Doe er iets mee!,’ lijken ze te klagen. Wat ze niet weten is dat de Deventer raad vanavond eigenlijk twee vergaderingen houdt. Eén vergadering voor insprekers en één vergadering voor technische vragen, maar dat heeft de raad zelf ook niet in de gaten. Laat staan duidelijk gemaakt. Als de raad dát door zou hebben, had hij in een ronde kunnen reageren op de betogen van de insprekers, dat deel afsluiten, en dáárna zijn technische vragen aan de wethouder kunnen stellen.

Nu blijven alle mooie argumenten onbeantwoord hangen. Onopgemerkt. Geluidloos. En zelfs al heeft de raad aandachtig naar alle argumenten geluisterd, niemand heeft daar iets van gemerkt.

Deze column verscheen 5 maart 2012 eerst op Binnenlands Bestuur.